JA! Daar is die dan! De geschiedenis!
Terwijl ik dit verhaaltje tik, de zon gaat onder, dwarrelen de geluiden van het straatleven in Santiago de Cuba mijn kamer binnen. Plaats van handeling :Hotel Casa Granda aan het Parque Cespedes. Geluiden: het indringende geronk van optrekkende auto's en bussen, de stemmen van de mensen die met elkaar praten in het parkje en op de hoeken van de straten en boven dit alles uit het vier man sterke salsa-orkestje dat tracht de stemming er in te brengen bij de overwegend Europese toeristen die uitblazen na een warme dag op het terras van het hotel. Met die stemming wil het niet zo lukken maar veel lawaai maakt het kwartet wel. Een van de bussen is lijn 115 op weg naar Haarlem N.S.. De sfeer rond het hotel werd in de jaren vijftig van de vorige eeuw al eens treffend beschreven door Graham Greene (Our Man in Havana) dus daar hoef ik niet nog eens over te verhalen. Wat gedaan is, is gedaan. Verschil met toen: er zullen toen nog geen Russische Lada's door de straten hebben gereden. En daar bofte die Greene dus maar mooi mee. Nagekomen reistip: wie ooit Cuba gaat bezoeken en redelijk op tijd naar bed wil moet geen hotel in het centrum van de stad boeken aan een van de prachtige pleinen en/of parken. Laat ik maar zo duidelijk mogelijk zijn: je doet tot rond 1-2-3 uur 's nachts geen oog dicht. Cubanen leven na het vallen van de duisternis op straat. Waar ze overdag, veelal in opperste concentratie, een partijtje schaken zijn het 's avonds erg luidruchtige babbelaars. Muziekje er bij, beetje schreeuwen en hup ... je doet geen oog dicht. Ik verblijf nu al voor de derde keer in zo'n hotel aan een centraal plein. Gevolg is dat ik nu al door mijn boeken heen ben. Wanneer ik niet kan slapen rest mij niets anders dan te lezen. Zeg dus later niet dat je het niet wist. Die truc is, gelukkig tevergeefs, al eerder uitgehaald.
De geschiedenis van Cuba (JA! Daar is die dan! De geschiedenis!)kent op hoofdlijnen hetzelfde verloop, zeker tot het eind van de 19e eeuw, als vrijwel ieder ander land in Latijns-Amerika en het Caribisch gebied. Na de komst van de Europeanen (Columbus ‘ontdekte' Cuba in 1492) was het snel gedaan met de inheems Indiaanse bevolking en volgde al snel de invoer van slaven uit Afrika om te werken in de mijnen (op zoek naar zilver en goud) en op de plantages. De feitelijk macht rustte bij een koloniale, vrijwel volledig blanke, elite die aanvankelijk sterke banden onderhield met en verantwoording schuldig was aan het moederland in Europa. Dat die banden in de loop van de eeuwen steeds losser werden was natuurlijk onvermijdelijk en zo verging het de van oorsprong Spaanse nazaten van de kolonisten op Cuba dus ook. De nieuwe klasse, vooral grootgrondbezitters, had dan weliswaar Spaanse voorouders maar kon zich steeds minder identificeren met de koloniale machthebbers en ging zich uiteindelijk ook steeds nadrukkelijker verzetten tegen die macht uit het verre Europa. Het gevoel boven alles ‘Cubaan' te zijn oversteeg het steeds inhoudslozer gegeven dat men afstamde van Spaanse voorouders. In de taal van de negentiende eeuw: de wind van het nationalisme werd sterker en sterker en groeide uit tot een orkaan (wat dat laatste betreft is dat vrij toepasselijk gekozen wanneer je het over een regio hebt die veelvuldig door juist dit natuurgeweld wordt getroffen). Wanneer je het Cuba van vandaag enigszins wilt kunnen begrijpen, en dat wil iedereen natuurlijk erg graag (ook als je er niet doorheen reist is dat toch razend interessant), dan kun je de geschiedenis van het land niet laten beginnen bij de revolutie van de broers Castro, Camilo Cienfuegos en de Argentijn Che Guevara in pakweg 1953-1959. Wie dat wel doet heeft vroeger waarschijnlijk niet zo'n heel goede geschiedenisleraar gehad of heeft daar kwade bedoelingen mee. Laten we maar aannemen dat veelal het eerste de oorzaak is van het feit dat maar de helft van het verhaal wordt verteld. Die helft doet de revolutie van Castro c.s. geen recht en soms is dat dan ook de enige bedoeling. De nuance is doorgaans zoek en daarnaar zijn historici waartoe ik mijzelf graag reken ,wel degelijk steeds op zoek. En ook Castro heeft recht op het hele verhaal voordat je over hem en zijn handelen wilt (=kunt) oordelen. En dan ben je dus voor dat je het weet aangeland bij Jose Marti! Wie? Jose Marti! Oh, die ...??!! De man wiens buste je overal op Cuba zult vinden. Tienduizenden zijn er. Veelal wit. Uit steen gehouwen. Cuba is niet het land van de zware metalen. Dat heeft overigens als voordeel dat wanneer Marti ooit zijn plek in de geschiedenis van Cuba zou moeten prijsgeven (ik zie daar trouwens geen enkele aanleiding toe) je in een paar dagen ook helemaal van die man af kunt zijn. Gewoon stuk gooien die koppen en klaar is Enrique. Dat ging met de beelden van Lenin, Stalin en Mao een stuk moeilijker. In China, Rusland en alle andere trouwe vazallen uit die tijd zijn ze nu nog aan het omvertrekken en omsmelten. Dat heb je dus in landen met veel te veel ijzererts en brons. Nu we het toch over die standbeeldjes van Marti hebben kunnen we Fidel meteen recht doen waar hem dat toebehoort: aan persoonsverheerlijking heeft El Lider Maximo (De Grote Leider) zich nooit bezondigd. Van hem zul je op Cuba geen beeld vinden. Werkelijk niet een. Louter schilderingen, foto's en posters. De beelden zijn op Cuba uitsluitend voorbehouden aan Jose Marti. Naast wat andere verhalen zal ik de komende tien dagen in een drieluik wat langer stil staan bij de drie mannen die de geschiedenis van Cuba de laatste 125 jaar het indringendst hebben bepaald: Jose Marti, Fidel Castro en ... Ernesto ‘Che' Guevara. Ik zou er maar eens goed voor gaan zitten!
‘Hatuey (symbool van het inheemse verzet tegen de Spaanse overheersing en hoofdman van de Tainos. MB) wordt aan een paal gehangen. Alvorens het vuur aan te steken dat hem in kool en as zal veranderen, belooft een priester hem glorie en eeuwige rust als hij erin toestemt te worden gedoopt. Hatuey vraagt: 'In die hemel, zijn daar christenen?''Ja'. Hatuey verkiest de hel en het hout begint te knetteren ‘
Uit: Eduardo Galeano, Kroniek van het vuur, deel 1, Het begin, 1986
Reacties
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}